Jan Willem de Vries
Jan Willem de Vries Foto:WUR

In 2050 weet niemand meer dat wij aan de basis stonden.......

Column Column

Als je binnen een bedrijf werkt zoals het onze en je wilt een kijkje nemen in de toekomst dan hoef je alleen maar om je heen te kijken. Het kan ook haast niet anders, want wij werken aan het oplossen van problemen die op de sector afkomen. Of het nu gaat over problemen in gewasgezondheid, water en emissie, energie, automatisering en robotisering, etc... het is veel. 

Wij proberen als Businessunit Glastuinbouw & Bloembollen van Wageningen University & Research (WUR Glastuinbouw) vragen over teelt en bedrijfsvoering naar toepassingsgericht onderzoek en innovatietrajecten te vertalen. Hierbij werken wij samen met bedrijfsleven, wetenschap en overheden. Als onderzoek wordt uitgevoerd waar overheidsgelden mee gemoeid zijn betekent dat kennis voor iedereen beschikbaar is. Voor ons als bedrijf maakt het, dat ons product niet herkenbaar is voor de praktijk. Immers het is al gemeengoed geworden voordat het onderzoek is afgerond. Succes heeft vele vaders... 

Kasklimaatregeling
Een voorbeeld waar de voorlopers van ons bedrijf aan gewerkt hebben, is de introductie van de computer bij kasklimaatregeling. Dat is nog maar 40 jaar geleden. Het praktijkonderzoek was volop betrokken bij het maken van regelregels en regelprincipes om kasklimaat te regelen. Eigenlijk zou er op uw klimaatcomputer moeten staan “WUR insite”

Maar ik wil niet achteromkijken maar vooruit. Wat zien we wanneer we in 2050 in de kas lopen. Zijn er dan nog wel kassen of telen we allemaal in daglicht loze ruimten en telen we dan nog wel komkommers en paprika’s? Of telen we componenten om ons voedsel mee te maken via een 3D printer. Wij als producenten hebben ons, naast lokaal geproduceerd product, vooral gericht op luxe en hoogwaardige gewassen die vooral geteeld worden voor consumptie en medicinaal gebruik. Toegevoegde waarde is leidend en we zijn onderscheidend op gezondheid (waaronder inhoudsstoffen), beleving en duurzaamheid. Het is mijn overtuiging dat de toekomst van de bedekte teelt in Nederland niet alleen ligt in grote hoeveelheden geproduceerde producten, ook al zijn ze van goede kwaliteit. Er zullen nog maar enkele bedrijven zijn die zich met grootschalige productie bezig zullen houden. Kostenefficiëntie zal hier één van de belangrijkste drijfveren zijn. Op dit moment is het zo dat de Nederlandse tuinbouw aan de top staat in de wereld met bloemen, planten, groente en fruit, zaden, bloembollen en bomen. De agro-food sector is van oorsprong misschien wel de belangrijkste economische drager in Nederland. Primaire ondernemers, in combinatie met aanpalende ondernemingen, kennisinstellingen en overheden, hebben bijgedragen aan het bereiken van deze top. De zogenaamde gouden driehoek. 

Prijs
De eerste kassen in Nederland werden rond 1850 gebouwd. Hierin werden druiven gekweekt. Het waren simpele glazen kassen, die aan één kant tegen een muur leunden. 25 jaar werden er alleen al in het Westland 500.000 kilo druiven geteeld. Rond 1900 ontstonden de eerste druivenkassen die helemaal van glas waren en werden de kassen voor het eerst verwarmd. Voor die tijd werd voor de teelt van groenten en planten gebruik gemaakt van platglas op platte broeibakken. In 1930 werden er in Nederland meer dan 22 miljoen kilo druiven geteeld… en toen ging het mis, er kwamen goedkopere druiven vanuit Zuid-Europa op de markt. Toen rond 1940 het platglas op een onderbouw was gelegd en de Venlokas was geboren zijn we komkommers, sla en tomaten gaan telen. Later kwamen hier paprika en aubergine bij. De foto die McKinsey van de vruchtgroente sector heeft gemaakt, heeft mij laten zien, dat de meest geteelde groente gewassen t.o.v. producten van elders weinig onderscheidend vermogen hebben. Het is een commodity markt geworden en daar gaat het alleen om de prijs.
Om als sector door te kunnen zullen we ons vakmanschap moeten benutten door op het gebied van innovatie te werken aan nieuwe verdienmodellen met (nieuwe) onderscheidende gewassen. Nieuwe kansen voor bestaansrecht liggen in de productie van niches, specialties, inhoudsstoffen en opkweek van uitgangsmateriaal, waarvoor meer kennis en kunde is vereist. Daarnaast is een ketenorganisatie nodig om de handel en distributie van deze producten slim, efficiënt en effectief te doen plaatsvinden, gebruikmakend van big data en digitalisering. Dit vraagt om nieuwe coalities in de markt en keten. Het is een traject waar we als bedrijf in verschillende samenwerkingsverbanden mee begonnen zijn.

Nieuwe gewassen
Onder de werktitel ‘Kas als Apotheek’ voeren we een zoektocht uit naar nieuwe gewassen. Gewassen met bijvoorbeeld natuurlijke geur-, kleur- en smaakstoffen in kaart worden gebracht en uitgeprobeerd. Een belangrijk onderdeel van deze zoektocht zal bestaan uit in hoeverre gehaltes van inhoudsstoffen stuurbaar zijn en nieuwe kansen bieden voor de glastuinbouw en hoe we erin slagen om nieuwe ketens te smeden. De eerste resultaten zijn heel bemoedigend.

Denkt u in 2050 maar eens terug aan dit stukje. 

Jan Willem de Vries
Wageningen University & Research
Business Unit Glastuinbouw


Uit de krant

Meest gelezen

Uit de krant