Afbeelding
Foto: WUR

Niets doen is geen optie …

Algemeen

Ik ben bij het debat over de landbouwvisie wat georganiseerd is door de vakbladen Boerderij en Groenten & Fruit.

Boeren en tuinders waren uitgenodigd om met minister Carola Schouten in discussie te gaan. Nu ja tuinders, ik ben zeggen en schrijven maar twee glastuinders tegen gekomen. Teleurstellend, ik troost mij met de gedachte dat er meer gelegenheden komen waarop u met de minister in gesprek kunt. 

De minister
Aan het woord is de minister. Toen zij net begon met dit werk werd zij geconfronteerd met heel veel tegenstellingen. Niet alleen in de maatschappij, maar ook in de politiek, waarin vooral in tegenstellingen wordt gedacht met daarin de boer aan de ene kant en de natuur aan de andere kant. De vraag is, waarom worden deze twee zo uit elkaar getrokken en waarom kan dat niet samengaan. Ze heeft om helder te krijgen wat er nu precies leeft heel veel gesprekken gevoerd met ondernemers, organisaties, natuur en milieu. Ze kwam er al snel achter dat met name de agrarische sector zich als speelbal van de politiek voelde, het verandert steeds. Terwijl deze sector juist een sector is van lange termijn investeringen. 
Dat heeft gemaakt dat zij gesterkt werd om richting te geven, niet alleen voor deze regeerperiode, maar te laten zien dat landbouw toekomst heeft.

Koploper
Maar waar lopen we dan tegenaan en waarom krijgen ondernemers zoveel vragen over wat ze aan het doen zijn? En waarom is er zo weinig waardering voor deze sector die elke dag in de weer is om voedsel te produceren. Dat is de motivatie van de minister om met deze visie aan de slag te gaan. Uit heeft opgetekend dat er een enorme druk staat op deze sector omdat er geproduceerd moet worden tegen zo laag mogelijke kosten, omdat we competitief moeten zijn. Daarnaast stelt de maatschappij steeds meer vragen en hebben we te maken met maatschappelijke issues zoals klimaat, water, etc. waarmee we moeten dealen. De urgentie is om iets te vinden wat daarop antwoord geeft anders zijn we alleen maar bezig met vraagstukken van een paar jaar geleden. Dat heeft geleid tot de visie kringloop landbouw, waarbij het de intentie niet meer is om zo veel mogelijk te produceren tegen zo laag mogelijke kosten, maar veel meer hoe wij zo efficiënt mogelijk omgaan met onze grondstoffen met zo min mogelijk emissies. Het is een manier om Nederland koploper te laten zijn. 

Verhaal van de toekomst
Om ons heen zijn landen opgekomen die ook kunnen produceren en vaak tegen veel lagere kosten, hier kunnen wij niet tegen blijven opboksen. We moeten dus kijken waar we wel competitief kunnen zijn. Nederland is heel goed in staat om met zo min mogelijk grondstoffen te produceren wat winst opleverde voor milieu en water en goed is voor de bodem. Het is het verhaal van de toekomst en een begin van de discussie hoe dit handen en voeten te geven, door met elkaar een richting in te slaan waarin we de beste kunnen worden. Een proces wat continu innovatie behoeft en verfijning vraagt en wet- en regelgeving behoeft. 

Kennis als product
Op een gegeven moment gaat het over kennis en innovaties, daar zijn we als Nederland goed in. Hierdoor blijven we ook voor de export interessant. Waarbij we misschien niet de goedkoopste zijn, maar als we het goed doen blijven wel kwalitatief de beste. Daarom willen de mensen onze kwalitatieve goede producten. Door te verwaarden van zaken die we nu niet verwaarden en door slimme innovaties toe te passen.
Maar niet alleen onze producten moeten een interessant exportproduct zijn maar ook de kennis die wij hebben zijn een interessant product, waarmee we een heel hoop zaken in het buitenland kunnen doen. Ik denk kennis als exportproduct… circulaire kennis. 

Kennis die nodig is om onze sector op de kaart te houden. Kennis die we nu te gelde maken in het buitenland. De minister schetst een beeld van wat als we niets doen om tot een circulaire Landbouw te komen. We zullen dan tegen onze grenzen aan lopen en tegen enorme emissie vraagstukken.

Niets doen aan de (maatschappelijke) vraagstukken die op de sector afkomen, houden wij niet lang vol als we in Nederland een toekomst willen blijven houden. Eén ding is zeker als wij als sector geen antwoorden vinden op de problematiek rondom emissies naar het water, de bodem en de lucht dan worden deze antwoorden voor ons gemaakt. En dat zijn dan waarschijnlijk niet de antwoorden die wij als sector willen hebben. 

Ik vraag mij af wie in actie komt om die antwoorden te genereren. Deze zullen vooral worden gegenereerd door het toegepaste strategische onderzoek. Als voorbeeld noem ik het bloembollenonderzoek … hoe kan het zijn dat zo een belangrijke sector qua nieuwe kennisontwikkeling op zo dun ijs terecht is gekomen.  Minister Carola Schouten wees zuinig op uw kennisinfrastructuur!

Jan Willem de Vries
Wageningen University & Research
Business Unit Glastuinbouw

 

Uit de krant

Meest gelezen

Uit de krant