Afbeelding
Foto: BK

Slagveld

Algemeen Column

Logisch dat Royal FloraHolland vecht voor eigen voortbestaan.

Haar klanten zien meer in concurrentie, maar zelf streeft zij naar een monopolypositie. Als koepel van de sierteelt. Een enkele teler mag groei, blijkens PR-blad Grow van de veiling, dan niet beschouwen als doel op zich, voor de RFH staat die juist centraal. Dat groeiproces kan alleen digitaal. Daarmee betreedt zij een nieuw slagveld. Want digitaal kunnen ook anderen wereldwijd bloemen en planten aanbieden.

Om concurrenten weg te maaien trok de veiling vast FloraXchange via een joint venture naar zich toe, maar intussen zijn klanten Dutch Flower Group en Fleura Metz bezig zélf een platform op te zetten. Verder zegt bijvoorbeeld ClockOline dé internationale bloemenveiling te worden, wat van RFH niet mag gebeuren want die wil dat zelf zijn.
Het digitale strijdperk is geboren. De oorlog daar vergt eigentijdse wapens, weet  CEO Lucas Vos van de oudste Nederlandse marktplaats. Die moet, vindt hij, een Amazon of Ali-Baba voor de wereldwijde sierteelt worden en kan – net als zij – geen nationale concurrenten dulden. Het complete mondiale assortiment moet worden aangetrokken, wat grote handelsbedrijven al jaren doen. Nederlandse veilingkwekers bieden dat onvoldoende, dus wil de veiling ook aanbieders elders in de watten leggen.
Met minder noten op haar zang als het om lidmaatschap gaat. De 'oude' leden van de coöperatie zijn in feite gewoon aandeelhouders. Maar de vraag is of een aandeelhouder per se kweker moet zijn… 

Johan Th. Bos
columnist van de Bloemenkrant
 

Uit de krant

Meest gelezen

Uit de krant