Afbeelding

Er is nog zo veel te doen

Algemeen Column

Heeft u hem ook gelezen, de nieuwsbrief gewasbescherming van het CBS?

Ik lees dat het totale gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in de land- en tuinbouw sinds 2000 licht is gestegen. Per teeltsector zijn er verschillen. 
Het gebruik van middelen wisselt van jaar tot jaar. Dit is afhankelijk van de weersomstandigheden en de druk van ziekten en plagen. Ongeveer de helft van de middelen die wordt toegepast zijn schimmelbestrijdingsmiddelen. Een wordt gebruikt voor onkruidbestrijding en een kwart door overige middelen. Dit zijn middelen die gebruikt worden voor ontsmetting van pootgoed, loofdoding aaltjes, slakken, groeiregulatie, et cetera. Wat opvalt is het hoge gebruik per ha van gewasbeschermingsmiddelen per ha in de sierteelt.

Duurzaam
Het beleid van de overheid richt zich op een duurzaam gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in 2023. Eén van de doelstellingen is het verminderen van de milieu-effecten. Een vermindering van de milieubelasting kan samengaan met een toename van het gebruik, als er een verschuiving plaats heeft naar laag risico middelen. Een toename van gebruik hoeft dus geen milieuprobleem te zijn als dit komt door het gebruik van laag risico middelen.
Wat ik niet lees is dat we als sector per 1 januari 2018 te maken hebben met een verplichte zuivering van restwaterstromen. Zuiveringsinstallaties moeten dan de gewasbeschermingsmiddelen met minimaal 95% verwijderen uit het te lozen water halen. Door deze maatregel voldoen we ook in belangrijke mate aan de vermindering van de milieueffecten. 

Biologische bestrijding
In de glastuinbouw is biologische bestrijding belangrijk. In 2012 worden plagen in de glasgroenten op 83% van het areaal biologisch bestreden. In de sierteelt onder glas wordt op 46% van het areaal biologisch bestreden. Ik denk dat op de wijze waarop wij in onze kassen telen het niet mogelijk is gewassen te telen zonder in te grijpen. Met ingrijpen bedoel ik dan niet chemisch ingrijpen maar zoeken naar een teeltsysteem wat zo is ingericht dat het grotendeels zelf in staat is ziekten en plagen te onderdrukken. Het gaat hierbij om weerbare teeltsystemen. Bij een dergelijk systeem is grote rol weggelegd voor biologische bestrijding, het inzetten van de natuurlijke vijanden van ziekten en plagen.

Stimuleren weerbaarheid
Maar er is meer, veel meer. Waar we met meer inzet aan zouden moeten werken als we het gebruik aan gewasbeschermingsmiddelen verder willen / moeten terugdringen. We zouden ons veel meer moeten richten op het stimuleren van weerbaarheid waarbij aanwezige (nuttige) micro-organismen, maar ook fysische en chemische condities, van de bodem een cruciale rol spelen. De enorme diversiteit aan micro-organismen in bodems, substraten en planten draagt via mechanismen als concurrentie, antagonisme en predatie bij aan het beperken van ziekten en plagen.

Bacteriën en schimmels
Ook zouden we veel meer inzicht moeten krijgen in de rol van nuttige bacteriën die in planten leven, in de endosfeer. Deze bacteriën kunnen de vestiging van ziekteverwekkende micro-organismen verstoren, zodat de plant niet ziek wordt. We zouden moeten willen begrijpen hoe dat mechanisme werkt, middels meer onderzoek dat zich richt op de microbiële interacties in de xyleemvaten (waardoor het watertransport plaatsvindt). Planten herbergen een bonte verzameling aan bacteriën en schimmels. Die bevinden zich op en in de wortels, vaten, stengel en bladeren. Deze micro-organismen spelen een belangrijke rol bij de gezondheid van de plant.
Maar wat weten we nog weinig van micro-organismen die binnenin de plant leven. Sommige bacteriën en schimmels veroorzaken ziektes. Deze ziekteverwekkers staan niet alleen in wisselwerking met hun plantaardige gastheer, maar ook met de micro-organismen in hun directe omgeving. De wisselwerking tussen de aanwezige micro-organismen in de plant en de binnendringende ziekteverwekkers bepaalt voor een groot deel of de plant ziek wordt of niet.
Een ander heel interessant onderzoeksgebied is dat planten zich kunnen verdedigen tegen plagen door te reageren op hun aanwezigheid met het aanmaken van gifstoffen en verteringsremmers, waardoor dit de ontwikkeling van het plaagorganisme remt. Er zijn mogelijkheden om deze plantreactie van te voren te induceren met licht, chemische stoffen, plantextracten, micro-organismen of andere planteneters. In komkommer is gebleken dat deze weerstand geïnduceerd kan worden met witte vlieg, waardoor de biologische bestrijding van spint sterk verbetert. 

Toegepast strategisch onderzoek
Het gaat hier over toegepast strategisch onderzoek… het is het type onderzoek dat de basis legt voor de toekomst van de sector die voor enorme uitdagingen staat. Het is ook het type onderzoek wat nieuwe kennis genereert, maar ook onderzoek wat een onzekere ROI heeft. Het is ook het type onderzoek wat een bedreiging kan vormen voor de continuïteit en de innovatiekracht van de glastuinbouwsector in Nederland als het er niet meer is. Het is onderzoek waarvoor het steeds lastiger wordt om bedrijfsleven financiering voor te vinden. Het is onderzoek waar we ons met zijn allen verantwoordelijk voor zouden moeten zijn.

Jan Willem de Vries
Teamleider Facilitair Bedrijf
(Wageningen UR Glastuinbouw)
 

Uit de krant

Meest gelezen

Uit de krant