Afbeelding
Foto: WUR

Opschuiven

Algemeen Column

Vanaf de 15e eeuw waren er aan de rand van steden bedrijven die uitsluitend groenten en fruit teelden, de zogeheten 'warmoezenierderijen'.

Naarmate de steden groeiden en de bevolking talrijker werd ontstond er meer behoefte aan landbouwproducten. 
De bedrijven moesten wel dichtbij de steden gevestigd zijn omdat hun verse waren snel konden bederven. Om de oogst te vervroegen werden allerlei kunstgrepen uitgehaald. Het fruit groeide bijvoorbeeld sneller als de fruitbomen achter een muur beschut tegen de wind stonden. Een volgende stap was het telen van groenten achter glas. Dat was in België al ingevoerd, daar bestonden al druivenkassen voor de beroepsteelt. De eerste kassen werden in Nederland rond 1850 gebouwd. Hierin werden druiven gekweekt. Het waren simpele glazen kassen, die aan één kant tegen een muur leunden. Rond 1900 ontstonden de eerste druivenkassen die helemaal van glas waren en werden de kassen voor het eerst verwarmd. Rond 1875 werden er ongeveer 0.5 miljoen kilo druiven in het Westland gekweekt. De teelt breidde zich uit naar 22 miljoen kilo in 1930.
 

Commodity
Vanaf 1930 werd de markt vestoord door aanbod van druiven vanuit Zuid-Europa. Tuinders begonnen andere producten te telen, eerst onder platglas. Maar dit ging al gauw de hoogte in. Tuinders ontdekten dat ze door teelt in verwarmde kassen met zo veel mogelijk glas meer opbrengst hadden van hun planten. Planten groeien namelijk sneller als ze meer licht krijgen. We gingen sla telen en tomaten. Wat tomaten betreft exporteert men in het begin bijna de volledige kasoogst naar Engeland. Vanaf het begin wordt hard gewerkt aan het verbeteren van de eigenschappen van de tomatenplant. Daartoe past men de techniek van het kruisen toe. De Nederlandse kastomaat wordt gekruist met wilde tomatensoorten. Zo weet men in de eerste helft van de twintigste eeuw de groei van de kastomaat te versnellen. Voordeel: meerdere oogsten per jaar en dus een hogere opbrengst per vierkante meter kas.

Na de Tweede Wereldoorlog groeit de export van in Nederland gekweekte tomaten sterk. Duitsland blijft echter exporteur nummer 1, gevolgd door Groot-Brittannië en Scandinavië. Nederlandse tomaten worden vers geconsumeerd. Met de komst van bittervrije komkommers in 1960 maakte deze teelt een enorme vlucht. Rond 1975 komt paprika op de markt. De teelt breekt in 1985 door. Rond 1980 bestempelen de Duitsers de Nederlandse tomaat als waterbom. De smaak is er af. Een dramatische terugloop van de export van verse Nederlandse tomaten is het gevolg. Vanaf dat moment richt de veredeling van tomaten zich vooral op het verbeteren van de smaak. Ook wordt een groter scala aan varianten ontwikkeld voor toepassing in verschillende gerechten. Binnen enkele jaren liggen de cherrytomaat, de trostomaat, de Roma tomaat en de gele tomaat in het schap. In 2008 wordt de markt zo verstoord door productie uit Zuid-Europese landen, dat tuinders voor het eerst geconfronteerd worden met overproductie. Kort daarna laat een studie van McKinsey zien dat onze hoofdgewassen commodity is geworden.
 

Toekomst
Er staat ons nog heel wat te wachten. Vrij recent waren een aantal collega's van mij in Marokko. Ze vertelden mij dat hier een enorme uitbreiding in de bedekte teelt plaats vindt en dan vooral in wat wij als hoofdgewassen telen.

Nu is het in de groente vorig jaar redelijk gegaan wat van invloed is op de rentabiliteit van de sector. Na vele moeizame jaren zijn er weer tekenen van herstel. Het vertrouwen in de sector, wat leidt tot strategische keuzes op het vlak van modernisering en/of uitbreiding van de productiecapaciteit. Vooral bij de gewassen tomaat en paprika is een toename van de investeringen in modernisering en uitbreiding waar te nemen. Ik hoop dat dit goed gaat en ben dan ook niet echt optimistisch over het perspectief voor de Nederlandse tuinbouw de komende jaren. 
 

Waarde-piramide
De concurrentie uit Spanje, Marokko maar ook uit Turkije zal alleen maar groter worden. Voor de langere termijn zie ik als oplossing het zoeken naar nieuwe gewassen voor onze kassen in Nederland. Ik heb het al eerder geschreven, we moeten opschuiven in de waarde-piramide.

Ik ben dan ook heel blij dat steeds meer mensen inzien, dat er wat moet veranderen. Steeds meer mensen beseffen dat intensieve samenwerking de sleutel is voor de Nederlandse tuinbouw. Ondernemers, overheden en kennisinstellingen moeten de handen ineen slaan op het gebied van internationalisering, nieuwe verdienmodellen en verduurzaming.

Als Wageningen UR Glastuinbouw zijn we een aantal jaar hiermee aan de gang, zij het op een bescheiden schaal. We zijn op zoek naar nieuwe gewassen voor Nederlandse kassen. Binnenkort wordt het eerste Neder Vanille bedrijf gestart. Anderen zullen volgen zoals exoten in kassen, Wasabi, Hop, Peper, … noem maar op.
Kansen genoeg, maar willen we echte doorbraken maken, dan moeten we de handen ineen slaan en ophouden met praten en gaan doen.
Wij zijn begonnen. Nu u nog!
 

Jan Willem de Vries
Teamleider Facilitair Bedrijf
(Wageningen UR Glastuinbouw)
 

Uit de krant

Meest gelezen

Uit de krant